Man, wat was het vroeg. Maar wat was het ook mooi aan het water. Terwijl ik naar de stek liep zag ik in de verte de mistslierten op het water liggen. Maar toch was het wel te gek eigenlijk. De paarden hier lagen of stonden nog te dutten op het veld. “Die vissen zullen ook nog wel aan het dutten zijn”, zo dacht ik. Niets bleek echter minder waar. Mijn mijmeringen over de schoonheid van Nederland zouden grof worden verstoord. Ik plaatste mijn verre worp. Ik kon het niet zien door de mistflarden, maar het stroomde hard op de Waal. Dat kwam vast door de regen in Duitsland die nu hier was aangekomen. Ik viste mijn aasje de stroming uit. Kabam. De grove verstoring was daar. De hengel ging krom en direct kon ik voelen met een mooie vis van doen te hebben: De slip tikte een paar maal. De grove roofblei-stoempen. Alles wees op een 70er. Dat bleek ook zo.
Goh, wat een start! Ik had het absoluut niet verwacht, want was het niet ongemeen taai met de roofblei de afgelopen weken? Maar mij hoort U natuurlijk niet klagen! Ik deed mijn volgende worp en zat eigenlijk te wachten op de volgende klap op de hengel. Maar die kwam even niet. Wel op de 6de of 7de worp trouwens. Direct na een meter binnendraaien, in het versnellingsmoment van het kunstaas, beukte de volgende vis op de hengel. De hengel klapte dubbel en aanslaan was absoluut niet nodig. Maar wat doe je als je zo hard schrikt? De pompende adrenaline zorgde er voor dat ik toch aansloeg en dat veroorzaakte een behoorlijke provocatie bij de vis. Meters lijn werden van de spoel afgenomen. Met de stroming mee zoals een roofblei dat altijd doet. En ik had al zo’n verre worp gedaan, dus ik kon me voorbereiden op een erg lange dril. Ik geef het je te doen om een 70+ roofblei door de stroming heen te pompen van 80 meter afstand. Gelukkig helpt de adrenaline en het plezier de spieren op zo’n moment een beetje. Ik kon de vis scheppen en was in de wolken. Normaal neem ik dergelijke foto’s niet, maar ik wil laten zien dat ook 70+ roofblei makkelijk in mijn nieuwe grote net past.
Wat een prachtige start van deze windstille morgen. Tijdens de dril kwam het eerste randje van de zon over de horizon kijken. Direct veranderde het water door de zon beschenen mist in een sprookjeslandschap. Maar de roofbleien waren weg. Nergens vond ik ze meer. Of dat door de zon kwam weet ik niet, maar ik vermoed het eigenlijk wel. De zon scheen namelijk niet alleen op de mist, maar ook op de vislijn. Zelfs ik zag de zonbeschenen streep richting wateroppervlak lopen. Die vissen zien dat dan zeer zeker. Ik besloot van tactiek te veranderen, maar de stekelaars gaven geen thuis. Uiteindelijk stapte ik in de auto en reed naar een ander type water. Ook hier was het adembenemend mooi. En ook hier waren de gevolgen van de regen in Duitsland te zien. Er stond een stuk land onder water dat de vorige keer nog gewoon beloopbaar was. Terwijl ik er naar stond te kijken begon het te regenen. Regenen van speldaas. Plotseling explodeerde het water er midden tussen. Wat een klap. Ik had zonder twijfel de roofblei weer gevonden en dat op 30 tot 40 cm diep water. Wat een spektakel. Eigenlijk overal was speldaas te zien en zeker op tien plekken zag ik nu boeggolven. Natuurlijk bedacht ik me niet en gooide zo’n boeggolf aan. Ik zag de vis wegsprinten naar de plek waar mijn kunstaas ging landen en direct ook beukte de vis op mijn landende aasje. Helaas bleef de vis niet hangen, maar wat een spektakel. Weer explodeerde het water en ik zag de roofblei over meters wegvluchten naar het diepe. Een aantal worpen later gebeurde nog iets dergelijks. Weer beukte een roofblei op het aas tijdens de landing en weer vluchtte de vis naar het diepe. Ik ving er dus niets, maar het was puur genieten. Ik denk dat ik er zeker 2 uur ben gebleven terwijl ik echt wel wist dat het niet meer ging gebeuren.
Uiteindelijk moest ik weg, want ik had afgesproken om 12 uur met een vismaat. Hij wilde een middagje jerken. Daarna zouden we terug naar de rivier gaan. Tijdens de lunch bespraken we de plannen. Mijn vismaat had een stelsel van sloten op het oog waar het water kraakhelder is. Bij voorbaat was ik verkocht, want er is toch haast niets mooiers dan wanneer je de snoek de jerkbait ziet komen molesteren. We toverden alle twee de zelfde benadering uit de hoed. Eigenlijk iets wat we nooit doen. Door namelijk alle twee iets anders te doen komt vaak eerder naar voren wat werkt op dat moment. Nu deden we dat dus niet. We startten alle twee met zenuwachtige jerkjes. Gezien de hogere temperaturen dachten we dat dit toch het best moest werken. Dat bleek fout gedacht. We kregen op een volgende baars en een misser van een mini snoekje na absoluut geen enkele actie. We besloten te switchen. Mijn vismaat koos voor een grote topwater met propeller. Ik koos daarom voor iets anders. Deze keer wel. Ik koos de kleine redhead fatso. En ik ging hem traag binnenvissen. Traag binnenvissen is niet geheel mijn stijl, maar stijlen zijn vooral leuk op dagen dat het niet uitmaakt. Binnen een paar minuten al kregen we de eerste actie. Mijn vismaat was de gelukkige. Ik hoorde de aanbeet. Het gespetter van de propeller in het wateroppervlak veranderde in een luide splash. De snoek werd in het water onthaakt. Dat leek ons voor het beest met de hoge watertemperatuur het beste. Geen foto dus. De vis is vele malen belangrijker in deze.
Goed 50 meter verder was ik de gene met de actie. Ik zag een kolk tussen het riet waar mijn traag geviste fatso langskwam. Ik riep: “Een volger, ik geloof dat ik een volger heb!”. Bang. Ik stoeg aan en de snoek zat er op. Wat heet er op. Ze was volledig over de fatso heen geschoven. De snoek begon een eenpersoons springwedstrijd. En ergens hoopte ik dat de jerkbait zou lossen. Want de bait was echt nergens meer te zien. Ik liet er zelfs tijdens het springen van de snoek de lijn voor slap vallen. Maar het mocht niet baten. De snoek bleef hangen. Gelukkig had mijn vismaat van die nieuwe handschoentjes. Hij kon door de handschoentjes zonder gevaar dreggen in zijn hand te krijgen de snoek uit het water tillen. Direct hoorde ik zijn mening: “Dit wordt knippen.” De achterste dreg zat echt diep. De drie punten van de dreg werden er afgeknipt en na het lostikken van de voorste dreg kon de jerkbait gemakkelijk uit de bek worden getild. De snoek zwom direct weg en dat verbaasde me best, moet ik zeggen. Je ziet maar dat een goede vismaat die weet wat hij moet doen haast onontbeerlijk is. Ik had er niet aan moeten denken bij deze vis en deze watertemperatuur indien ik alleen was geweest. Ode ook aan dat handschoentje. Ik vond het altijd voor mietjes, maar ben nu eigenlijk al overtuigd dat ik ze ook in mijn rugzak moet hebben. Jammer alleen dat ik het merk niet weet.
(Ik wilde toch een foto plaatsen en daarom plaats ik een vangst die is gedaan met de zelfde fatso. Het is en blijft één van mijn favorieten. De geplaatste snoek is van vorig jaar.)
We besloten spontaan geen worp meer te doen hier. We hadden onze snoek via super aanbeten. Daarnaast had ik een lange dag achter de rug en mijn vismaat had een erg lange nacht achter de rug. We besloten energie in te slaan voor de avond. We reden naar een eettentje waar we een lekker ongezond gerecht uitkozen. Super relaxed kwamen we aan bij de Waal. Maar direct veranderde dat relaxte gevoel in een gezonde spanning. Wat wil je? De Waal is de machtigste rivier van Nederland en mijn vismaat had het die middag nog gezegd. Elke volgende vis kan een mega bak zijn. Daarnaast zou zomaar een meerval op je kunstaas kunnen knallen. Wij weten dat alle twee en alle twee hebben dan ook gemak van die stemmingsomslag. Alle zintuigen gaan er automatisch bij op scherp. Maar de rivier geeft altijd verrassingen en dat gebeurde ook deze keer. Het plan was eigenlijk te gaan shadden op stekels. Maar daar zou ik volledig van afstappen. Ik zag namelijk windes langs de kribben cruisen. Direct kwam mijn opportunisme bovendrijven. Dat zou de vis worden waar ik vanavond voor ging. Ze zijn namelijk goed te vangen met kleine plugjes en spinnertjes. En aangezien het nagenoeg windstil was. Moest het geen probleem zijn dit soort kunstaas weg te zetten. Mijn vismaat bleef in eerste instantie doorgaan met shads. En dat resulteerde ook in het vangen van een snoekbaarsje. Daarna kreeg ik beet. En het bleek inderdaad een 50er winde. De vis sprong na het aanslaan volledig uit het water. Prachtig.
Mijn vismaat switchte ook naar het vissen op winde. Ik korte tijd ving hij er twee. Ook al 50+ vissen. Daarna viel het stil voor een tijdje maar uiteindelijk, een paar kribben verder kreeg ik toch nog beet. De drukdoenerij verried direct weer dat het een winde was. Het bleek ook nog eens mijn PR. En eindelijk heb ik dan ook een foto van mijn PR winde. Want tijdens het vangen van al mijn vorige PR’s had ik geen fototoestel bij me.
Wederom besloten we dat het mooi was geweest. En het was mooi geweest. Voor mij was deze dag de essentie van het vissen. Sensationele vismomenten, avonturen, visloze uren, chillen, een top vismaat in de buurt. We beginnen eigenlijk altijd met een basisplan. Een soort framewerk voor de dag, maar zodra wij het gevoel krijgen dat het niet gaat werken of (zoals bij het snoeken) zodra wij denken dat het niet goed is voor de vis, dan veranderen we van plan. Soms ook wordt de verandering van plan gedreven door opportunisme. Vanavond leverde me dat een nieuw PR winde op. Deze flexibiliteit heeft ons al zo vaak vis opgeleverd. En zo vaak mooie momenten. Ik kijk nu al weer uit naar de volgende visdag. Echter zit mijn agenda voorlopig vol en zal ik het moeten doen met vangstberichten van anderen.
Ontegenzeggelijk is dat laatste waar. Mijn agenda zit barstensvol. Maar gisterenavond ging de telefoon. Het was Vincent en hij meldde me dat door de hoge waterstand op één van onze stekken de waterstand nu ideaal is. Hij meldde en pasant ook nog eens dat hij mooie roofblei had gevangen en één dikke verspeeld. Ik had het natuurlijk niet meer. Ik weet als geen ander dat je met roofbleivissen het ijzer moet smeden zolang het heet is. Het resulteerde afgelopen nacht in wakker liggen. Wakker liggen en woelen. Ik werd er gek van. Stapelgek. En ik heb elk uurtje voorbij zien tikken. Maar wat ik ook deed, ik bleef klaarwakker. Het water riep. De roofblei. Uiteindelijk kon ik het niet meer weerstaan. De lokroep van de roofblei werd te sterk en ik ging uit bed. Al weer stond ik akelig vroeg aan het water. En inderdaad. Ideale stroming. Lekker windje. Bewolkt. Het kon wat mij betreft niet beter. Ik moet er wel bij zeggen dat ik het net zo perfect had gevonden indien er geen wind was geweest bij een wolkenloze hemel. Maar dat terzijde. Ik monteerde een plugje en begon te gooien. Direct zag ik overal speldaas wegspringen voor mijn plugje. Het zat er vol van. Ik was er echt van overtuigd dat de roofblei er moest zitten. Het kon gewoon niet anders. Na een worp of wat zonder actie wisselde ik van kunstaas. En nog eens. Ik moest een keuze proberen te maken die snel ging werken, want anders zou ik de roofblei wegjagen voordat ik ze kon vangen. Daarvoor was ik ook weer niet zo vroeg uit bed gekomen. Ik moest ineens denken aan de Rocket. De redelijk grote plug die ik van Jouke had gekregen. Hmmm. Groot. Ik had vorig jaar vooral succes met groot aas tijdens de speldaas periode. En had Vincent ook niet iets geroepen over een grote arukus die de avond ervoor als enige had gewerkt? Dus waarom nu niet met groot aas? Ik speldde de rocket aan de lijn. Ik was plotseling overtuigd ervan dat het deze plug zou zijn die succes zou brengen. I wierp in en de plug plofte in de stroming. Eerst even voeling krijgen met de plug voordat ik me zou gaan uitsloven en met de plug gaan spelen. Ik draaide dus de plug rustig binnen. Twee meter verder gebeurde het al. Gewoon tijdens het rustig binnendraaien. KABAMMMMM! Wat een klap weer! Ik was al wakker, maar anders was ik het nu voor zeker geweest. Ik harkte aan, maar sloeg in het luchtledige. Ik voelde ook geen weerstand van de plug!!!??? Lijn gebroken? ***Sensuur*** Ik wilde de lijn binnendraaien maar ineens was er weer weerstand en direct ook vloog de hengel krom. RRRRRRRRR. RRRRRRRR. RRRRRR. Lekkerrrrrr. De roofblei was blijkbaar zo snel naar me toe gezwommen dat ik volledig het kontact met de vis had verloren. Na een lekker gevecht in de volle stroming kon ik de eerste 70er van deze morgen scheppen.
Na het terugzetten ging ik weer in positie staan. Klaar voor de volgende beuk. En na goed 10 worpen dreunde de volgende vis op de hengel. Het kon niet op grote stoempen gevolgd door een lange run met de stroming mee verrieden de volgende 70+ vis. Man, Vincent! Dank je voor de tip. Ook deze vis gaf zich gewonnen. Het ritueel van scheppen, onthaken, fototoestel klaarzetten, zelfontspanner, release. Het begon routine te worden, maar was o zo fijn.
Vol goede hoop begon ik weer te smijten. Maar het duurde even voordat ik weer actie voelde. Ik kreeg na een worp of wat een inspectietik. Het positieve hieraan was dat ze er nog waren en ook nog steeds interesse toonden in het aasje. Ik moest aan die eerste worp denken met dit aasje. Door de adrenaline was ik na die eerste worp weer sneller gaan binnenvissen, met veel versnellingen en vertragingen. Dat zit er bij mij zo ingebeiteld, dat het een tweede natuur is geworden. Ik dwong mezelf de plug bij de volgende worp rustig binnen te vissen en zonder poespas. Nou, ik heb het geweten. De volgende roofblei kleunde knetterhard op het kunstaas. En net als bij de eerste roofblei viel de lijn volledig slap. Maar nu wist ik natuurlijk wat er aan de hand was. Als een gek begon ik in te draaien, maar het duurde meerdere seconden voordat de lijn strak kwam te staan. De vis zat er nog aan. Een extreem lange run werd direct door de vis ingezet en ik was even lijdend voorwerp. Maar roofblei verschiet zijn kruit vaak snel en ook deze vis mocht ik scheppen. De centimeter toonde aan dat het een Mega bak was. Specimen formaat.
Wat was het toch mooi allemaal. In een kwartier tijd 3 machtige roofbleien, groter dan 70 cm. Ik kreeg het gevoel dat er niets verkeerd kon gaan. Maar direct sloeg het noodlot toe. Ik was een tijdje geleden overgeschakeld op dunner fluo. Ik had daar wel een reden voor, want ondanks de mooie formaat vissen die ik de afgelopen periode ving was het ongemeen taai met de roofblei. Ik dacht er goed aan te doen de lijn nog ‘onzichtbaarder’ te maken. Ik had het beter niet kunnen doen, want met de inworp direct na de laatste vangst brak de fluo lijn… De mooie, nu al favoriete rocket verdween met een plof in en onder water. Uiteraard was ik kwaad op mezelf, maar gedane zaken nemen geen keer. Ik monteerde de oude dikkere fluo lijn als voorslag en monteerde een grote x-rap. Na 20 minuten zonder enige actie begon ik te vermoeden dat er geen vissen meer zouden komen, maar ineens was daar uit het niets weer die klap op de hengel. De roofblei ging weer even door de slip, maar liet zich vrij snel scheppen. Al weer de 4de 70er van deze vroege morgen. Wat een te gekke morgen!
Het was al een typische roofblei morgen. De eerste kwam heel snel, de tweede kwam daar redelijk kort op, de derde duurde iets langer en de vierde kwam onverwachts. Achteraf verbaasde met me niet dat er geen 5de vis meer van deze stek kwam. Ik haalde alles uit de kast maar ze waren weg of ze wilden niet meer.
Maar dit is een typische roofblei morgen geweest en als die trend zich zou voortzetten, dan zou er nog één vis komen. Want vaak, op de terugweg naar de auto, dan is daar die ene roofblei die ik zie jagen of cruisen onder het oppervlak. Of ik zie een mooi hoekje of plekje waar best een roofblei kan liggen. En dit laatste was nu ook het geval. Ongeveer 30 meter van mijn auto vandaan zag ik een mooi plantenbed. Ik bedacht me geen moment en deed mijn worp. De plug naderde het plantenbed en nog voordat de plug er naast kwam zag ik een zilveren schicht uit het plantenbed vertrekken. Voordat ik ook maar iets kon doen beukte de vis al vol op het aasje. Ik moet zeggen dat de vis zich redelijk rustig hield, maar ze probeerde wel de haak te lossen door de planten in te schieten. Gelukkig bleef de vis hangen. En het was al weer een 70er. Specimen formaat bovendien. Maar man man. Wat waren het een paar geweldige uurtjes. 5 aanbeten en wat voor aanbeten. Alle vissen waren vol overtuiging op de naar algemeen oordeel veel te grote pluggen geklapt. Sonder terughoudendheid. Dat was bijvoorbeeld ook te zien door de manier waarop de roofbleien waren gehaakt. Telkens gewoon op de voorste dreg van de plug. Ze waren er telkens vol tegenaan gebeukt met de bek open. De 5 aanbeten leverden 5 vissen op, 5 70+ vissen waarvan twee specimen formaat. Do I need to say more?