Iedereen kan het: Baars vangen. Het wordt niet voor niets de vis voor de jeugd genoemd. Pak een spinner, plugje, stukje rubber of een worm en binnen de kortste keren heb je baars gevangen. En dat is natuurlijk lekker. Lekker ongecompliceerd je visjes vangen is gewoon leuk.
Vandaag zijn mijn vismaat en ik ook weer achter die rakkers aangegaan. En niet zonder succes, want in 150 minuten wisten we ongeveer 100 baarzen te vangen. Dit lijkt een onvoorstelbaar aantal en suggereert dat ze helemaal los waren. Dat was bij vlagen ook wel zo, maar toch moest de tactiek er bij aan te pas komen om te blijven vangen. Tactiek dus en niet techniek. Natuurlijk is het zo dat de techniek de basis is. Indien je niet kan shadden, dan zal deze techniek je niet helpen. En zo geldt dat voor elke techniek. Beheers je hem dan kan je hem inzetten op het juiste moment. Tactiek maakte vandaag duidelijk het verschil en dat is zeker bij baars vaker zo. In dit artikel zal ik trachten te omschrijven hoe we vandaag beduidend meer vingen door het inzetten van tactiek. ([i]Foto: Baars is zo verschrikkelijk mooi soms. Geen enkele baars is het zelfde. Ze hebben charisma. Gevangen met een ondiep lopend plugje tegen de oever aan tijdens het roofbleien.[/i])
Maar eerst wat summiere techniek. Bij baarsvissen gebeurt het allemaal 90 van de honderd keren tegen de bodem aan. Voor mij is dit een reden om nog maar zelden een spinner of een ondiep lopend plugje te gebruiken op de baars. Natuurlijk zijn dit wel technieken die je in je achterhoofd moet houden voor die 10 van de 100 keren. Bijvoorbeeld zodra je baars actief aan het oppervlak ziet jagen of indien je ze zoekt op ondiep water of langs de keien van een krib. Ook vind je baarzen wel ergens tussen bodem en oppervlak tegen een kademuur of een ander door mensen gemaakte constructie aan. ([i]Foto: Een 40er gevangen langs het riet op de rivier. Maar vergeet niet af en toe een spinner langs de krib te halen.[/i])
[b]Gebruik van loodkop[/b]
Zoals gezegd is mijn benadering vooral gericht op de bodem. En de eenvoudigste manier om de bodem van een water snel af te vissen is met loodkoppen. Daarbij is het belangrijk zo licht als mogelijk te vissen. Als indicatie: In een haventje zonder wind en stroming zou je makkelijk toe kunnen met loodkopjes van 7 gram. Of misschien wel lichter. Zit je op de rivier in de volle stroming te vissen dan moet je niet gek opkijken dat je naar 30 gram moet grijpen. Het gewicht moet dusdanig gekozen worden dat je nog voeling houdt met de bodem. Als rubber kan je eigenlijk alles gebruiken: shad, twister, vorkstaartje. slug-achtige, toad-achtige, fantasierubber. De bekendste techniek is natuurlijk het aasje laten afzinken, optikken zodra contact is gemaakt met de boden. Weer laten zakken, enz. Met deze techniek begin ik meestal. Het is gewoon de eenvoudigste manier om de baars te lokaliseren en daarbij maakt het meestal niet uit met wat voor rubber je begint en wat mij betreft maakt het merk me ook niet zo veel uit. Wel lijk ik een voorkeur te hebben voor het aller zachtste rubber. Tref je een school dan volgt meestal een aanbeet op de eerste worp. Ben je dus op zoek naar scholen voor de aantallen, dan zou je niet te veel worpen op één plek moeten doen.
Met de loodkop is nog een techniek uit te voeren: Het grinden door de sliklaag. Hierbij gooi je ver van je af in en laat je de shad tot op de bodem zakken. De hengeltop wordt vlak boven het wateroppervlak gehouden en vervolgens wordt uiterst traag binnengedraaid. Hierbij mag de shad niet van de bodem afkomen. Er zal nu een wolkje vuil van de bodem opdwarrelen waar de shad nagenoeg in verdwijnt. Na elke omwenteling van de molen deel je een tikje met de hengeltop uit, waarna de hengeltop weer naar de oorspronkelijke stand wordt terugbewogen. Het effect is dat de shad even uit het wolkje huppelt. De baars moet geïnteresseerd raken door het stofwolkje. Vaak volgt de aanbeet juist op het moment dat je de hengel na het tikje terugbeweegt. Deze techniek heb ik een jaar of vier tot vijf geleden geleerd van een jong ventje die toen hooguit 14 jaar was. Inmiddels vist hij niet meer op roofvis en aangezien ik nooit iemand deze techniek verder zie toepassen heb ik echt het gevoel dat ik deze voor mezelf alleen heb. Realiseer je wel dat met deze techniek je vaker je aasje zal verspelen.
Over dropshotten wil ik het verder niet hebben. Daar kan je dagen over schrijven volgens mij. Ik beheers de techniek en dat is nu even voldoende. Verderop in dit artikel zal je zien dat de dropshot onderdeel is van de strategie. Maar de techniek van het dropshotten is aan jezelf om je eigen te maken. ([i]Foto: Een 40er baars tijdens mijn eerste poging om te shadden. Zo zou ik nu een baars niet meer vasthouden.[/i])
[b]Gebruik van dieplopende pluggen.[/b]
Vind je een steiger, kade of een muur waarlangs geen boten of andere obstakels in de weg liggen, dan loont het soms de moeite om met een diep lopende plug al trollend de muur, kade of steiger af te lopen. Begin eerst met de plug wat verder achter je zodat je plug dicht tegen de boden door het water loopt. De terugweg zou je de plug dichterbij kunnen houden, zodat de plug op half water loopt. Hiermee heb je in luttele minuten zo’n kade, muur of steiger afgevist.
Dit zou je ook kunnen doen met ratelbakken als de Aruku Shad. Hierbij kan je tijdens het lopen de Aruku omhoog kunnen harken en weer laten zakken. [i]Op de bijgevoegde foto is een baarsje te zien die gevangen werd tijdens het roofbleien. Je ziet: kunstaas is niet snel te groot voor een baars.[/i]
[b]De hypothese.[/b]
Een aantal winters geleden heb ik mij één winter lang op het baarsvissen gestort. Aan het begin van genoemde winter kreeg ik stof tot nadenken. Laat me omschrijven wat er toen gebeurde. Natuurlijk weten sommigen van jullie dat ik graag over het verleden schrijf. Wat wil je ook. Het hoort nu eenmaal bij de leeftijd. Maar in dit geval vind ik dat het functioneel is, ja zelfs belangrijk voor het verhaal. Ik besloot toen ter tijd na een gedane klus nog even naar een haventje in de buurt te rijden. De auto werd aan de kant gezet en ik begon met een shadje te rommelen. Het was even zoeken, maar uiteindelijk kwam de beet. Pats en hangen. Even later volgde op de zelfde stek weer een vangst en een flinke school baarzen kwam meezetten achter de gehaakte baars aan. Na het uit het water tillen van de baars, zwommen ze terug naar beneden. Ik liet mijn shadje weer zakken na het terugzetten van de baars en verwachtte eigenlijk snel weer een aanbeet te krijgen. De aanbeet kwam ook, maar het duurde wel veel langer dan verwacht voordat deze kwam. En na veel pijn en moeite volgde nog een baarsje. En wie weet nog wel één. Maar die details zijn uit mijn grijze cellen verdwenen. Ik bedacht me dat het op die specifieke plek op was met de baars. Ik stapte daarbij en pasant voorbij aan de grote school baarzen die ik de tweede vis had zien volgen. Hoe dan ook ging ik weer op zoek naar de volgende school. En ik vond er één een goede 30 meter verder. Terwijl ik daar een paar baarzen ving, zag ik een jongetje aan komen lopen met een spinhengel en een spinnertje als aasje. Wij begon te gooien en exact op de plek waar ik de eerste school trof kreeg hij beet. Even later had hij er weer één en daarna nog één. Vervolgens was het over. Hmmmm. Interessant, is het niet? Na wat kraken en piepen van mijn hersenen dacht ik een verklaring gevonden te hebben van wat ik toen waarnam. Typisch geval van wat ik zelf instant dressuur noem. Ik heb er zelfs een verklaring voor proberen te vinden en die wil ik hier best met jullie delen. De baars is een scholenvis en daar moet een reden voorzijn, want anders zouden er geen scholenvissen bestaan. Toch? Zelf denk ik nu dat vooral één van de voordelen van een scholenvis is dat ze van elkaar kunnen leren. Onzin? Een vis kan niet leren? Denk dan maar eens aan die goudvis van de Mythbusters. Een vis kan wel degelijk leren. Ik denk dat zo’n school vrij snel leert van die baars broeders die de lucht in verdwenen zodra ze te dicht in de buurt van dat vreemde aasje kwamen. Instant dressuur, dus. Er is trouwens één roofvis in Nederland die nog gevoeliger is dan baar en dat is de roofblei. Die hebben last van instant dressuur in het extreme. ([b]Foto: Het viel even stil, maar zodra ik switchte naar een twister kwam deze meneer langs.[/b])
[b]Terug naar afgelopen vrijdag[/b]
Ook vandaag zagen we trouwens een aantal jongens. Twee waren bezig met spinners en één met een plugje. Ze hadden nog niets gevangen. Dat is informatie waar je wat aan hebt. Ik wist al direct dat ik er vandaag geen spinner en geen plugje aan zou knopen. Mijn vismaat en ik moesten eerst gaan proberen de vissen te vinden en dat hebben we gedaan door shadjes te gebruiken. Het merk maakt absoluut niet uit. In eerste instantie bij baars toch in alle soorten rubber. Zelfs in een ventielslangetje soms. In een hoek van de haven vonden we ze en om de hoek nog meer. De ene baars na de andere kwam uit het water en plotseling viel het stil. Zo ging het ook bij mijn vismaat. Ik wisselde naar een ander soort rubber. En direct kwamen de vangsten weer terug. Ook mijn vismaat wisselde. Zelfde effect. Weer stopten de vangsten. Vervolgens schakelde ik over op een andere techniek met het zelfde kunstaas. In plaats van de shad optikken en laten afzinken begon ik met de eerder als grinden omschreven techniek. Mijn vismaat schakelde over op de dropshot. Je raadt het: weer een aantal baarzen voor ons. En vervolgens viel het weer stil. Voor mij was al duidelijk aangetoond dat onze tactiek ruim extra vis had opgeleverd. Het zoeken van een nieuwe school baarzen met ons eerste kunstaasje had ook gekund, maar zoeken kost gewoonweg veel meer tijd dan even je kunstaas wisselen. ([i]Foto: Deze prachtige baars ving ik op een stil stuk. Vaak krijgen dit formaat baarzen niet te kans indien ze tussen een school liggen. Dressuur zorgt voor de rest. Dus soms loont het de moeite om juist de grote scholen te mijden. En dat leverde nu dus ook deze kapitale baars op.[/i])
De volgende school die we vonden lag zo verspreid over een groot oppervlakte dat we eigenlijk niet meer verder hoefde te zoeken. Het hele gebied werd achteréénvolgens afgetast met de verschillende technieken en iedere keer als het stilviel werd van techniek gewisseld en kwamen de vangsten weer. Prachtig om te zien. Wat vandaag ook opviel is dat de dropshot veel langer vis op bleef leveren dan andere technieken. Maar goed. Dat zou op andere dagen best anders kunnen zijn. We bleven doorvangen totdat we moesten stoppen. Dat was trouwens best moeilijk. Maar de plicht riep. (Foto[i]: Eén van de technieken in beeld: De dropshot.[/i])
Suggesties bij de door ons gebruikte tactiek:
Zoek de baars en ga niet weg van een plek waar je een aantal baarzen hebt gevangen maar waar ze ineens niet meer willen. Wissel naar een ander aasje of in eerste instantie naar een andere techniek met het zelfde aasje. En blijf dit doen tot je alle technieken gehad hebt. Blijf ook niet te lang doorvissen met een bepaald aasje zodra de vangsten uitblijven. ([i]Foto: We hadden deze dag heel veel dubbelvangsten. Hier toevallig met twee verschillende technieken.[/i])
[b]Suggesties voor af te wisselen technieken en kunstaas:[/b]
Gebruik aruku’s of andere ratelbakken. En harken maar.
Gebruik een lieplopertje en vis die rustig binnen.
Twitch met het zelfde plugje.
Gebruik een spinner
Gebruik een tail spinner. (ASP jiggin’ spinner, bijvoorbeeld)
Gebruik de diverse shad technieken.
Wissel van type rubber: Shad, twister, slug-achtige, toad-achtige.
Gebruik dropshot.
Ik houd er niet van, maar: pilkers.
Vandaag hebben we vooral de diverse technieken afgewisseld rond rubber, maar dat was ook ingegeven door de informatie verkregen via de drie vissende jongens. ([i]Foto: Ook afgekloven rubber deed de vangsten weer even toenemen.[/i])