De mensen die mijn karakter hebben onderzocht, die weten het. Ik ben een opportunist en behoorlijk doelgericht. Dit is natuurlijk wel erg sterk samengevat, maar buiten wat fijne en zeker ook minder fijne eigenschappen die ik bezit zijn de twee genoemde toch wel erg sterk aanwezig. Voor mij is het daarom niet op te brengen om bijvoorbeeld vliegvissen droog te gaan oefenen. De lezer zal best voorbeelden kennen van mensen die uren en uren boven een grasveld staan te zwiepen met als enige doel de lijn netjes heen en weer te laten gaan. Na twee zwiepen is mijn aandacht weg en zodra dan de instructeur aan mijn pols begint te trekken dan is het voor mij over. Als ik al zou gaan vliegvissen, dan moet er maar “on the job” geoefend worden. Dan maar geen sexy loops tijdens het ingooien. Maar goed. Ik zou best willen leren vliegvissen, want een snoek en roofblei op de zwiephengel staan nog op mijn verlanglijstje. Dus leren wil ik zeker, hoe doelgericht ik soms ook ben. Want zonder dat zou ik de matige visser blijven die ik was. Niet dat ik nu een goede visser ben, hoor.
En dan krijg ik ineens het verzoek van Pieter om een jaaroverzicht te plaatsen. Terugblikken… Dat is niets voor mij. Ik heb zoveel van deze vis en zoveel van die vis. Maar goed. Het is me gevraagd en waarom er dan maar niet een doel van maken? Mijn doel is hierbij gesteld: Een jaaroverzicht maken. Maar waar moet het dan over gaan? Ik moet er tenslotte zelf iets aan hebben. Nu zat ik het overzicht van KJ Visser te lezen en hij heeft er vooral de mooie momenten uitgepikt. Herbeleven dus. Waarom niet? Ik ga herbeleven… en leren van mijn ervaringen. Naast het doel heb ik ook ineens onderwerpen om over te schrijven: leermomenten zoeken en de mooie momenten herbeleven.
Men zou een jaaroverzicht chronologisch kunnen verhalen. Als je dat doet dan moet je natuurlijk beginnen met het laatste weekend van mei, het weekend dat het weer mag. Laat ik daar maar mee beginnen dan, hoewel ik natuurlijk niet weet of ik het overzicht chronologisch ga houden. En wat had ik er zin in om te gaan. Maar helaas was het een weekend waarop ik andere verplichtingen had. We zullen er allemaal wel last van hebben, zo nu en dan. Je wilt zo graag, maar je kan niet moreel gezien. En toch. Die roofbleien waren aan het roepen. Bas, we liggen te wachten. Kom dan Bas. Maar Bas kon niet. De onrust groeide en groeide. Uiteindelijk kon ik op 2 juni voor het eerst op pad voor een uurtje. Het was geweldig gewoon. Niet normaal. Al bij de eerste worp kreeg ik een aanbeet en op worp twee kletste de eerste roofblei er bij me op. Loeierhard. Wat had ik het gemist. En wat mis ik het op dit moment nu ik dit schrijf. Het was geen grote, maar zeer welkom. De roofblei is te zien op de eerste foto van dit verslag. Er volgde nog een vis in dat uurtje. Gelukkig ving ik de volgende dag al de eerste grove roofblei. Gelukkig was er een andere visser die een foto kon maken.
Het was genieten, die eerste paar uur, maar als ik het vergeleek met de seizoenstaart van het jaar ervoor was het allemaal erg mager. Vijf vissen had ik de eerste twee dagen. In 2007 had ik in een half uur al 5 vissen met daarbij twee dikke 70+ vissen. Hiernaast is één van die 70+ vissen afgebeeld. 2008 was een vreemd jaar. Op de plekken waar ik in 2007 me klem ving was helemaal niets te vinden dit afgelopen jaar. Ook de methodes die in 2007 goed werkten brachten zelden resultaat. En niet alleen ik had er last van. Ook andere vissers vingen veel minder dan de jaren ervoor. Ik kon er eigenlijk maar één verklaring voor vinden. Dressuur. Roofblei is er extreem gevoelig voor. Daar ben ik van overtuigd.
Hoe vaak gebeurde het niet dat we op een bekende stek stonden te vissen, de roofblei als een gek aan het jagen was en niet wilde bijten. Bij niemand. Uiteindelijk viel het me op dat iedereen op de zelfde manier stond te vissen: Ingooien en binnendraaien, ingooien en binnendraaien. Op dat moment had ik er een asp spinner aangeknoopt. De gele variant. Ik vond het tijd om te experimenteren. Ik gooide in, klapte de beugel dicht en hield de hengel omhoog. De stroming deed de rest. Na een meter werd de asp vol gegrepen. Wat een knetter van een aanbeet was het. We stonden met 5 man te vissen en dit was de eerste vis van de dag, hoorde ik later. Vreemd genoeg stond naast me een man te vissen met de zelfde asp spinner in de zelfde kleur. Alleen hij ving er niet mee. Ik deed de volgende worp. Weer klapte ik de beugel dicht en hield de hengel omhoog. Weer werd de asp spinner vol gegrepen. Ook deze roofblei werd gevangen. Ook de derde keer volgde een aanbeet. Na een seconde of 2 loste de vis om vervolgens na een meter weer gegrepen te worden. Een vis van 70 cm. Ook de volgende worp leverde zo een vis op. En dan werkte het trucje ineens niet meer. Er werd de hele dag geen vis meer gevangen. Maar die 10 minuten waren te gek voor woorden. 4 worpen, 5 aanbeten en 4 vissen vangen. Ik heb van die dag geen foto’s, maar daarom heb ik een foto geplaatst van een andere vis.
Het was voor de roofblei een vreemd jaar. Begin seizoen deden ze het niet goed, maar van de speldaas periode heb ik nagenoeg geen last gehad. En dan juni. Wat een belachelijke maand was dat. In die maand lukte echt alles wat ik maar probeerde. Ik heb me helemaal klem gevangen. En lange dagen heb ik niet gemaakt in die periode. Alles werd gedaan in de avonduren of om de file te ontduiken. Eén avond staat me nog erg goed bij. Ik had in de avond vismaat Michiel opgepikt voor een avondje snoekbaarzen in een kanaal. Maar het water leek wel koffie en de snoekbaars wilde niet. Ik kan me nog herinneren dat we een discussie hadden over wat te doen. Ik wilde overschakelen op de roofblei en Michiel wilde naar een andere stek voor snoekbaars. Die avond had ik nogal last van hormonaal gedrag en ik kreeg mijn zin. Aangekomen op de dichtst bij zijnde roofblei stek deden we alle twee onze eerste worp. Tegelijk. En het werd direct een dubbeltje. We scoorden alle twee een roofblei. Een gekkenhuis was het. Er was één grote jachtpartij in het water aan de gang. In 1,5 uur hadden we alle twee ruim 20 vissen: allemaal roofblei en snoekbaars. We bleven vangen tot in de schemering. Ik weet niet wat er gebeurd was indien we hoofdlampen bij ons hadden gehad. Ik denk dat de vangsten tot ver in de vroege uurtjes waren doorgegaan. Geweldig was het.
Juli alleen al leverde dik 100 roofvissen op. Ik werd er nonchalant van. En dat was een goed leermoment. Niet zozeer juni, maar de maand erna. Want na drie weken vakantie houden was het eind augustus allemaal erg moeizaam. Ineens lukte me niets meer. Kreeg ik al beet, dan verspeelde ik ze. Kapitale vissen losten. Eén vis die ik verspeelde staat wel haast synoniem voor die periode. Ik had puur voor de bling bling een Salmo Hornetje gekocht. Niet dat ik er veel mee zou vissen, maar gewoon. Omdat hij zo mooi was. Natuurlijk, indien ik in juli wat matiger had gevangen, dan had ik de dreggen vervangen voor andere dreggen. Nu deed ik dat niet. Wederom was Michiel er bij. Michiel liep een steiger op waar ik net dat hornetje langs had gegooid. Wat er toen gebeurde zie ik zo voor mijn ogen weer verschijnen. Een mega roofblei kletste full speed onder de steiger uit. Precies op de plek waar Michiel liep. Woahhh! Brulde ik en Michiel keek direct opzij. Ook hij zag de roofblei nog net toeslaan. Mijn hengel klapte dubbel en direct begon de slip als een bezetene af te lopen. Meters lijn werden genomen Maar dan schoot de vis los. Na controle van de hornet bleken de dreggen recht uitgebogen… Gelukkig zijn er die dag wel mooie vissen bovengekomen, maar vooral dan door Michiel. Ik vermande me en in september begon ik weer goed te vangen. Toch was eind augustus een leerzame periode voor me. Indien je gaat vissen dan moet alles tiptop in orde zijn. Niet alleen je materiaal, maar ook je geest moet volledig bij het vissen zijn.
Maar juli was mijn maand. Tot nu toe ving ik wel eens een winde tijdens het roofbleien. Deze kwamen dan als een soort tropische verrassing. Zeer welkom om tussendoor te vangen. Op één van de avonden in juni ving ik mijn grootste winde ooit. Ik was alleen zo stom om hem niet te meten. Het was een oude krijger bezig in de reservetijd van zijn leven. De vis was mager en zwak. De winde die ik er net voor ving was duidelijk kleiner, maar veel sterker. Als je me vraagt hoe groot ik hem schatte? Minimaal 60 cm, zou ik zeggen. Vergelijk op de foto de 7 cm count down plug maar eens met de winde. Ik moet het voorlopig dus doen met mijn oude PR winde dat al een tijdje staat. Maar ook uit die avond heb ik veel lering getrokken. Het getijde was extreem hoog en de looppaden langs de kribben waren volledig ondergelopen. En daar zag ik de windes azen. Waarschijnlijk waren ze op zoek naar insecten die waren overvallen door het hoge water. Dit verklaart misschien waarom ik juist bij hoogwater altijd bij toeval windes ving. Later heb ik deze ‘wetenschap’ die misschien helemaal niet waar is gebruikt om mijn broer zijn eerste winde op kunstaas te laten vangen. Ik liet hem een spinner langs een ondergelopen strekdam gooien. Normaalgesproken luister hij niet naar me, maar om de één of andere reden deed hij dat nu wel. Na een aantal worpen ving hij zijn eerst winde ooit op kunstaas.
Die dag dat mijn broer zijn winde ving was voor mij echt een topdag. Mijn broer had niet alleen nog nooit een winde gevangen op kunstaas, maar hij had ook nog nooit een snoekbaars gevangen. Ik stelde dan ook voor aan hem daar verandering in te brengen. Aan het begin van de dag vertelde ik hem dat we niet alleen voor de snoekbaars zouden gaan, maar dat we ook voor nog 4 andere roofvissoorten zouden gaan: Snoekbaars, winde, baars, snoek en roofblei. Mijn broer dacht dat hij water zag branden en ik dacht dat het waarschijnlijk niet zou lukken, maar men moet altijd vertrouwen houden. En we haalden het nog bijna ook. Mijn broer ving 4 vissoorten: Winde, snoek, baars en de begeerde snoekbaars. Hij ving 3 PR’s: Winde, snoekbaars en aantal verschillende vissoorten op één visdag. Deze visdag vond ik echt de mooiste van afgelopen seizoen. Zelf ving ik op die dag ook mijn visjes.
Tot zover deel 1. Ergens volgende week wordt deel 2 geplaatst. Dat zal wat meer over het snoeken gaan. En over de snoekbaars.