Ik had vrij moeten nemen afgelopen vrijdag. Dringende privé-zaken die geen uitstel duldde. Echter zou ik rond 12 uur klaar zijn. En vervolgens ontving ik een sms: “Kan je?” Al heel vaak is een nieuw visavontuur ongeveer zo begonnen. En dat was nu ook weer zo. We zouden niet eens veel tijd hebben, want Michiel moest om 6 uur al weer klaar zijn voor zijn privé-afspraak. Het werd dus struinen in de polder. Met alleen een jerkstok en een doosje kunstaas in de tas reden we de polder in. Maar de gehoopte vrije sloten vonden we in eerste instantie niet. Kilometer na kilometer lagen de sloten vol met een dikke laag kroos. Dat viel even tegen, want rijden ging natuurlijk direct van de vistijd af en tijd hadden we niet veel. Ineens was er een stuk van honderd meter waar de sloot zowaar vrij was. We stapten uit en zo ver als we konden kijken zagen we in ieder geval bevisbaar water. Ik liep naar een bruggetje om te onderzoeken hoe het er allemaal bij lag. De jerbait liet ik zakken en ongeveer een meter onder het oppervlak lag de jerkbait op de bodem. Nog volledig in het zicht. Kraakhelder water en in het midden een meter diep. Dat kan slechter natuurlijk. Ondertussen had Michiel zijn worp gedaan en direct hoor ik zijn bekende YOW! Maar nu gevolgd door een “Ach! Los!”. Michiel had direct op de eerste worp actie. Het was een flink beest met een brede rug. Ongeveer 20 worpen deden we, maar niets hielp. We visten de honderd meter waar we langs gereden waren terug en zonder actie kwamen we uiteindelijk weer terug op de beginplek. De plek van de misser werd weer aangeworpen en direct knalde er een snoek op. Lang niet die grote die Michiel eerder miste, maar de nul was weggepoetst. De heuker werd bij hem van de speld gehaald en een Swimbait werd gemonteerd. De andere kant werd nu opgelopen. Even later was het weer raak voor hem.
Weer wisselde Michiel van aasje en even later lag de derde vis al voor hem op de kant. En je raadt het misschien al. Direct werd er weer gewisseld. Even later kreeg ik mijn eerste actie. Drie aanbeten op rij, maar de snoek bleef niet hangen. Die zouden we nog gaan proberen te verschalken op de terugweg naar de auto. En vanaf dat moment kregen we alleen maar super vette aanbeten. De “WOAH’s!”en YOW’s!” bleven maar komen. De eerste aanbeet was voor mij. Een snoek dook over wat planten het water uit boven op de rode Ripper van Spro. De vis werd in het water losgetikt. Even later was het al weer raak een mooie snoek dook vanuit het riet vol in het zicht boven op mijn read head. Ik schrok me lam. Ik had trouwens ook gewisseld van aasje na mijn eerste vangst en dat zouden we de hele dag blijven doen.
Later was er nog een maf moment. We liepen een stuk verder omdat het ons wat saai toe leek en vervolgens zag ik vlak voor me onder de kant een redelijke snoek staan. Ik stopte met lopen en begon “Gooien. Vlak voor mijn voeten!” te roepen. Echter werd de snoek toch verstoord en die schoot naar het midden. Direct zoefde Michiels aasje er achter aan en inderdaad zagen we de snoek draaien en volgen. Bijten deed de vis niet, maar mijn aasje was al gevolgd en de Toppie van Aad Dam werd grof genomen door die snoek. En dan maar roepen dat een verjaagde snoek niet meer bijt. Ik heb deze bewering zelfs regelmatig in de vakbladen zien staan.
We bleven wisselen en uiteindelijk zijn we eerder gestopt. De regen werd te erg en dat was het ons ook weer niet waard. We hadden niets te klagen met onze 9 snoeken. Allemaal op verschillend kunstaas gevangen. Er zat van alles tussen: fel gekleurde, natuurlijke kleuren, herriebakken, witte, read heads. Ik kan het trouwens iedereen aanraden om lekker de polder in te trekken op zoek naar snoek. Niets mis mee.