Het is donderdagmiddag 9 oktober en ik zit op het werk een advies te schrijven. Ik kan me vandaag maar moeilijk concentreren want buiten lonkt een prachtige herfstdag en de snoeken malen door m’n kop. Vanaf m’n werkplek stuur ik Friso een mailtje; “Gaan we nog vissen morgen?? Denk er wel aan dat we ’s avonds nog een bruiloft hebben!!” Antwoord Friso: “Ik overleg het nog even met mijn innerlijke ik. Kheb wa zin namelijk!” We besluiten toch te gaan, ondanks dat we ’s avonds eerder thuis moeten zijn voor de bruiloft van een teamgenoot. Achteraf kregen we daar geen spijt van…
Vrijdagmorgen. Rustig pruttelt ons bootje de haven uit. Ik schenk mezelf een lekker bakkie koffie in, terwijl ik de eerste V-formatie van het jaar zie overvliegen. “Kijk,” zegt Friso, “onder die tweede boot kreeg Ralf vorige keer de eerste aanbeet al!” Hopelijk belooft dat wat, want we zijn net 50 meter op weg.
We trollen eerst wat rond in de buurt van de haven en draaien vervolgens het diepe water op. Na ruim een half uur vervang ik m’n bucktailspinner voor een grote shad. Net als een paar weken geleden – bij het verspelen van die metersnoek – krijg ik hierop een subtiele aanbeet, die overigens perfect blijft hangen. De snoek blijft diep, maar laat zich rustig naar de boot dirigeren. Een meter of 10 van de boot – ik dril inmiddels al een minuut of twee – explodeert de boel alsnog; de slip staat erg strak afgesteld, maar deze trekt daar gewoon dwars doorheen. Dit gaat even goed en ineens is het over… Ik baal als een stekker. Ondanks dat we deze snoek niet zagen, weet ik gewoon dat het weer een dikke buffel was.
We varen verder en besluiten strak over de taluds te slepen. Omdat het bodemverloop hier bijzonder variabel is, is het bijna ondoenlijk met twee hengels te vissen. Je zou regelmatig vastlopers krijgen. Trollen is hier overigens alles behalve eenvoudig; om de taluds te kunnen (blijven) volgen, wordt constant van koers gewijzigd. Loopt de bodem op, dan heffen we de hengel. Zakt de bodem weer weg, dan laten we ook de hengel weer zakken en soms geven we wat lijn bij. Echt teamwork mag je wel zeggen. In een tijdsbestek van een half uur vangen we zo twee snoeken tussen de 70 en 80 cm. Beide op een middelgrote bulldawg. Als ik de tweede snoek in de kieuwgreep heb, gaat deze ineens als een idioot tekeer. Mij met een hevig bloedende rechterhand achterlatend.
Aan het eind van de plas keren we de boot en varen via een 4-6 meter diepe plaat terug. Terwijl ik de bijhengel in de steun zet en de handhengel in wil werpen, slaat de eerste bijna uit de steun. Bij het oppakken van de hengel, lanceert een hele grote dame zich compleet het water uit. “Dikke meter!!” zeg ik tegen Friek. De dril verloopt voorspoedig en een paar angstige momenten later ligt er een 106 cm snoek op de onthaakmat. Het onthaken is nog even lastig. 1 haakpunt heeft zich namelijk in het kraakbeenachtige deel van een kieuwboog geboord. Met z’n tweeën lukt het ons nog vrij snel deze er voorzichtig uit te krijgen. Na de gebruikelijke foto’s zwemt de dame binnen no-time haar vrijheid weer tegemoet. YES!! Wat een kast van een snoek! Mijn dag – wat zeg ik – mijn seizoen, kan niet meer stuk.
Op naar een andere plas. In een diepere geul is het hier al binnen het kwartier raak en ook hier ben ik degene die met de prijs aan de haal gaat. Nummer 4 op de goudkleurige bulldawg. 83 cm deze keer. Friso incasseert daarna ook een aanbeet van een snoek die kennelijk niet gevangen wilde worden. Inmiddels loopt het al tegen drieën. Aangezien we op tijd thuis moeten zijn, keren we om.
Nog maar net terug op de eerste plas en we mogen er weer eentje noteren. “Het zal toch niet de tweede meter zijn?!” zeg ik tegen Friso. De meter haalde ze niet, maar met 98,5 cm wederom een prachtsnoek. Op een dieplopende shad deze keer. Als ik daarna nummer 6 vang, schaam ik me eigenlijk een beetje ten opzichte van Friek die dus nog geheel visloos is. Friso blijft echter sportief. Ook als er nog een nummer 7 bij komt. Volgens mij ving ik in Nederland nooit zoveel snoeken in zo weinig tijd.
“Zeg Nijlant, ken jij Van Grinsven?” vraagt Friso. Ik moet hem het antwoord schuldig blijven. “Ajax – den Bosch 1986.” Zegt Friek. “Volgens mij verloor den Bosch toen met 7 tegen 0. Destijds was Van Grinsven dus de keeper van den Bosch. Na vandaag kan ik me precies voorstelen hoe hij zich voelde toen hij voor de 7e keer op rij de bal uit het net mocht plukken!!!” Jou meter van vanochtend is dan die fantastische omhaal van Van Basten destijds! Precies in de kruizing…”
We moeten er beiden hartelijk om lachen. Maar wat een dag. Totaal 9 aanbeten waarvan 7 verzilverd. 6 stuks op een bulldawg (walleye). Een dag met een gouden randje... En wat Friso betreft; de volgende keer is het gewoon weer zijn beurt, daar ben ik helemaal niet bang voor.