I love it when een plan comes togethger schreef Jos onlangs in een visverslag. Nou, ik kan dit gevoel nu met hem delen want eindelijk ging dit weekend ook voor mij alles eens volgens plan. Twee ochtenden op stap geweest om statisch met doodaas vanaf de kant te vissen op een plas. Zaterdagmorgen kwam ik om acht uur aan op de stek en maak mijn uitrusting in orde. In principe zou ik zo op karper kunnen vissen want de uitrusting is hier gelijk aan, twee beetmelders op steunen, twee karperhengels met het enigste verschil de onderlijn met het aas wat uit een haring en een makreel bestaat. De aasvissen worden op twee dieptes van 6 en 9 meter uitgeworpen en ik loop naar mijn stoel om een bak koffie voor mij in te schenken. Maar dan begint mijn beetmelder al af te lopen, ik pak de hengel en zoek contact met de vis. De lijn loopt strak en ik sla aan en de vis hangt, maar na wat kopschudden valt de lijn weer slap en de vis was dus verspeelt.
Het was de hengel met de haring aan de lijn dus ging er weer een nieuwe haring aan en ik werp weer op dezelfde plaats in. Ik heb de hengel net goed en wel op de steunen liggen als de lijn weer begint te lopen. Weer zoek ik contact met de vis en sla aan maar nu ga ik nog even goed in de hengel hangen. Het kopschudden begint weer aan de andere kant en deze keer blijft de vis goed hangen. Na een leuke dril komt de vis aan de kant en valt me gelijk op dat er een kieuwboog buiten de kieuwdeksel hangt. Ik verschiet hier van want verwondingen aan een vis willen we altijd proberen te voorkomen. Als ik de vis uit het water gepakt hebt onthaak ik hem en kijk naar de gebroken kieuwboog en zie ik aan de lichte kleur van de boog dat deze al een tijdje afgestorven is. Ook de plek waar hij afgebroken was is weer netjes dicht gegroeit. Voor mij is dit het bewijs dat een vis ondanks deze verwondingen weer gezond verder kan leven, ik maak verder geen foto of meting van de vis en laat hem direct weer zwemmen. Hij hoeft ook verder niet op krachten te komen want met een paar ferme slagen van de staart zwemt hij weer weg.
Dik tevreden na deze twee snelle aanbeten doe ik weer een nieuwe haring aan de lijn maar terwijl ik hier mee bezig ben begint mijn andere beetmelder af te lopen. Snel neem ik de hengel op en draai strak, ik krijg contact en sla weer goed hard aan. Aan de andere kant van de lijn wordt hier op gereageert met velle kopschudden en weer sta ik met hengel die lekker doorbuigt. De vis probeert schuin bij het talud op weg te zwemmen maar met de lange twee en half ponds karperhengel kan ik hem goed sturen en met wat extra druk op hengel komt de vis weer recht op me aan. De plek waar ik sta is namelijk omgeven door overhangende bomen en ik heb niet meer dan twee meter breed om de vis naar me toe te sturen. Maar ook deze snoek van rond de tachtig ligt even later weer voor mijn voeten. Één dreg zit mooi in de bovenkaak, de andere ligt er los buiten dus is de vis snel onthaakt en terwijl ik de vis weer loslaat in het water maak ik nog snel even een foto voor hij wegzwemt.
Na dit hectische uurtje voorzie ik de beide hengels weer van een haring en makreel en werp ze weer op hun plaats. Nu kan ik dan eindelijk mijn bakkie voor me inschenken en tevreden met het behaalde resultaat tot nu toe zit ik lekker in mijn stoel. Het blijft een uurtje rustig en terwijl ik wat zit te bladeren in Hét Visblad staat er een kunstaasvisser naast me en we raken in gesprek. Dan wordt ons gesprek onderbroken door een piepende beetmelder. Ik neem de hengel van de steun en het ritueel volgt weer en even later ligt nummer drie voor mijn voeten. Weer een snoek van rond de tachtig en de visser waar ik mee in gesprek was maakt even een foto van mij en de vis. De snoek zwemt weer rustig weg of er niets gebeurt was en ook de kunstaas visser vervolgt zijn weg weer op zoek naar een geschikte plaats om zijn kunstaasje te water te laten. Hij had overigens nog niets gevangen en ik ga hem nog de tip dat ik de vis aardig diep ving.
Ik had nu het probleem dat ik door mijn aasvissen heen was want mijn voorraad in de vriezer was beperkt en met twee makrelen en drie haringen had ik gedacht de dag door te komen. Ik vis met één hengel verder en terwijl ik mijn andere hengel aan het opbergen was schalt er weer het geluid van een aflopende beetmelder. Het contact met de vis is er direct en terwijl ik in de hengel hang voel ik gelijk dat dit een betere vis is. Ook nu komt er met wat druk en stuurwerk een mooie vis aan mijn voeten. Deze is duidelijk dikker en ziet er puntgaaf uit, ook weer perecft gehaakt in de bovenkaak. Ik leg de vis even neer op de zachte ondergrond en maak vlug een foto en daarna zwemt ook deze weer onverstoord weg. Ik kon dus deze dag vroeg op huis aan maar was dik tevreden met het resultaat. Ik had nog wat aas in de vriezer en besloot om Zondagmorgen nog een paar uurtjes op deze stek te gaan zitten.
Zondagmorgen om half acht kom ik weer op de stek aan en maak mijn uitrusting weer in orde. En weer is het direct raak nadat ik de aasvissen te water heb. Binnen vijf minuten gaat de eerste beetmelder af en sta ik weer te drillen met een leuke snoek. Als hij voor mijn voeten komt zie ik dat het weer een mooie dikke snoek is en weer mooi gehaakt op één dreg. Ik besluit om hem in het water te onthaken en vlug een foto te nemen om hem daarna weer richting op water te dirigeren. Deze snoek had een bevroren makreel direct genomen en de volgende bevroren makreel ging weer te water. Een kwartier later is het weer dezelfde hengel die via de beetmelder een aanbeet doorgeeft. Contact zoeken en aanslaan gaat nu in een automatische beweging en weer hang er een snoek kopschuddend aan de andere kant van de lijn. Ik sta weer met een mooi gebogen hengel in mijn handen als ik achter mij geluiden hoor van twee mensen met een hond die mijn verrichtingen volgen. Wat hebt u aan de lijn vraag de mevrouw mij vriendelijk en ik antwoord met een honderd procent zeker snoek. En even later ligt er dus inderdaad een leuke snoek voor mijn voeten en na de vis uit het water gepakt te hebben vraag ik mijn toeschouwers of zij even een foto willen maken. Na de foto gaat de vis weer in het water en zwemt met een paar ferme slagen weg. Ook mijn toeschouwers vervolgen hun weg weer en ik voorzie de hengel weer van een verse haring want door mijn makrelen was ik nu echt heen. Het blijft nu een tijdje rustig en ik zit een beetje te genieten van de natuur en het lekkere zachte weer wat toch echt bijzonder is zo midden in de winter. Niet ver achter mij hoor ik een specht met ritmische tonen op een boom kloppen. Maar dan wordt dit alles weer doorbroken door het geschal van een beetmelder. Weer is het dezelfde hengel die de aanbeet doorgeeft en weer komt het ritueel op gang. Deze vis geeft goed weerstand maar toch weet ik dat het niet de metergrens gaat overschrijden want daar komt ook deze vis weer te snel voor naar boven. Een vis van dik over de negentig pak ik even later uit het water en leg ik weer op de met mos bedekte bodem voor een snelle foto. Na de vis weer zijn verdiende vrijheid terug gegeven te hebben voorzie ik de hengel weer van een verse haring. Dan blijft het verder lang rustig en als ik om twaalf uur verder geen aanbeten meer gehad heb besluit ik het voor gezien te houden dit weekend. Ik ben dik tevreden met zeven snoeken in deze twee ochtenden en kan dus echt spreken van een geslaagd plan.....................
Pieter Nederlof.